Hollandse zelfportretten. Selfies uit de Gouden Eeuw | Mauritshuis |  18 december

Rondleiding door Emmelie de Mol van Otterloo

Hollandse_zelfportretten_voskuylDe komende maanden sta je in het Mauritshuis oog in oog met meesters uit de Gouden Eeuw. Met een intense blik kijken ze je strak aan. Vaak hebben de schilders de gereedschappen van het vak in de hand: penselen, schildersstok en palet. Een enkele keer is een schildersezel te zien waarop een schilderij staat waar de schilder aan werkt. Een schilderij waar hij trots op is, een schilderij dat ons iets vertelt over zijn manier van werken. Zo beeldt Judith Leyster zich af terwijl zij aan een voorstelling van een vrolijke vioolspeler werkt en laat Michiel van Mierevelt zien dat hij  trots is op zijn kleinzoon: de graveur Jacob Willemsz van Delff II.

Meestal zien wij op de schilderijen alleen het hoofd van de kunstenaar, soms in chique, kostbare kleding, soms in zijn werktenue, zoals het fascinerende zelfportret van Huygh Pietersz. Voskuyl (zie afbeelding hiernaast). Een leren en vilten muts op het hoofd en om zijn nek heeft hij een witte sjaaltje geknopt waarop het ‘logo’ van de familie is geborduurd. Door de wilde haren die in alle richtingen onder de muts vandaan komen en zijn ongeschoren wangen maakt dit portret een ongedwongen en intieme indruk: het lijkt alsof de schilder een oude bekende je is. Dat maakt dit schilderij adembenemend. Net zoals het ontwapendende zelfportretje dat Moses ter Borch, een halfbroer van de veel oudere  Gerard te Borch, op ongeveer vijftienjarig leeftijd schilderde. Lange rossige, krullende lokken komen onder zijn witte werkmutsje vandaan, terwijl hij ons uit zijn ook hoeken aankijkt (zie afbeelding hieronder).

Emmelie de Mol van Otterloo neemt je mee langs de schilderijen in deze schitterende tentoonstelling en vertelt over de kunstenaars, hun werk en je ontdekt het verhaal dat de schilder met zijn zelfportret wilde vertellen. Duidelijk is dat de kunstenaar met een zelfportret een visitekaartje afgeeft: zo zie ik er uit en zo goed kan ik schilderen.    

Soms plaatst de kunstenaar zich nadrukkelijk achter opgengeslagen boeken, liggen er tekeningen op de voorgrond. Tekenen is het fundament van de beeldende kunst, lijkt de kunstenaar ons duidelijk te maken. Demonstratief wijst de kunstenaar Michel van Musscher in zijn zelfportret uit 1673 op een horloge. Wat hij wil zeggen? Misschien weldat  kunst het tijdelijke en vergankelijke overwint. Wie zal het zeggen?

Wanneer:  18 december 2015
Tijd: 11.00 uur
Kosten € 7,50 (exclusief toegang tot het museum)
Opgeven door een mailtje te sturen naar: info@artetcetera.nl