Praktische informatie

De bijeenkomsten vinden plaats in de Luifel, Herenweg 96 in Heemstede. Tijd: 19.30 – 21.30 uur. Het programma per bijeenkomst staat onderaan deze pagina. Hier staan ook de data van de bijeenkomsten vermeld

De kosten bedragen voor zes bijeenkomsten € 90,-
In de e-mail nieuwsbrief stond per abuis € 60,- echter een cursus van Artetcetera kost € 15,- per keer. In dit geval dus 6 * € 15,– = € 90.–

Kosten studiedag € 25,- (exclusief toegang musea en toegang tot Nationaal Park de Hoge Veluwe).

Opgeven door op de blauwe knop te drukken.

[eventButton id=”130″][/eventButton]

Nederlandse moderne kunst in zes bijeenkomsten
Michiel Kersten en Emmelie de Mol nemen je in zes bijeenkomsten mee door de geschiedenis van de Nederlandse kunst vanaf ongeveer 1850. In deze bijeenkomsten komen alle belangrijke kunstenaars en stromingen uit 75 jaar Nederlandse kunst voorbij: impressionisme, pointillisme, symbolisme, fauvisme (expressionisme), abstractie en dadaïsme.

Het programma, de kosten en de data vindt u onderaan deze pagina. Daar staat ook de button om je aan te melden voor deze cursus kunstgeschiedenis.

Buiten schilderen: Haagse School
In driekwart eeuw ontwikkelde de Nederlandse kunst zich in een stormachtig tempo. Voorstellingen in het atelier geschilderd, maakten plaats voor schilderijen die buiten – in de natuur – op doek of papier waren gezet. Romantische, aan de fantasie van de kunstenaar ontsproten scènes verloren hun dominante positie in de kunst: kunstenaars gingen vanaf circa 1850 vooral de wereld schilderen die zij met eigen ogen konden waarnemen. De eerste schilders die de deuren van hun atelier achter zich dichttrokken en naar buiten trokken, waren Willem Roelofs, Constant Gabriël, Anton Mauve en de gebroeders Maris. Deze Haagse kunstenaars legde in hun tekeningen en schilderen de ongerepte natuur in Wolfheze, Oosterbeek, het Gooi en het waterrijke hart van Nederland nabij Woerden vast. Hiermee zette zich een ontwikkeling in gang die het gezicht van de Nederlandse kunst in korte tijd totaal zou veranderen.

George Breitner, Plein met trams bij avond. Olieverf op doek

Tachtigers: Amsterdamse impressionisten 
Van de mistige weidse waterlandschappen onder grijze luchten van de schilders van de Haagse School naar de Amsterdamse, straten, pleinen en grachten. De stadse wereld van deTachtigers: regen, sneeuw en mensen die zich voortsnellen in het avondlijke licht van de gaslampen. Het vermaak in de cafés-dansants van het Rembrandtplein.

De wereld van de droom
Waar de dynamiek van het stadsleven voor de Amsterdamse impressionisten een eindeloze bron van inspiratie bleek, richten – nagenoeg gelijktijdig – de Symbolisten in de laatste decennia van de 19de eeuw zich op een wereld die juist niet zichtbaar was: de verbeeldingen van visioenen.

Leo Gestel, Liggend naakt, schilderij. Kunsthandel Ivo Bouman

De nieuwe kunst: Parijs
Kort na 1900 brak in Parijs het fauvisme door. Heldere, krachtige kleuren die met de wekelijkheid niets te maken hadden, maar des te meer met gevoelens van de kunstenaar. Jan Sluijters was er totaal door overdonderd. Dit was dé nieuwe kunst, de kunst van de toekomst. Een paar jaar later zorgden Braque, Picasso, Leger en – in Nederland – vooral Henri Le Fauconnier voor opzien met hun kubistische composities. In Parijs of op de tentoonstellingen van de Moderne Kunstkring in het Amsterdamse Stedelijk Museum konden Leo Gestel, Mommie Schwarz en Lodewijk Schelfhout deze nieuwe kunst in zich opzuigen. Blijft de werkelijkheid bij de meeste vernieuwende kunstenaars het uitgangspunt, Piet Mondriaan kwam via een lange weg van steeds abstractere weergave van het geziene, tot abstracte voorstellingen. Pure, zuivere schilderkunst, de schilderkunst voor een nieuwe wereld.

Overzicht van de wereldtentoonstelling in Parijs in 1900

Een wereld vol optimisme
Veel aandacht is er in deze cursus voor de bronnen van inspiratie van de vernieuwende schild  ers rond 1900. De Parijse kunstwereld speelde daarin de hoofdrol, maar de invloed van de revolutionaire wetenschappelijke ontdekkingen en technische ontwikkeling rond 1900: elektriciteit, de verbrandingsmotor, vliegtuigen, telefonie, de kwantummechanica, en nog veel meer. Het was allemaal te zien op de grote Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs. In het optimisme over de toekomst voorzag bijna niemand omstreeks 1910 de catastrofe die een paar jaar later de Eerste Wereldoorlog zou brengen. Het onbevangen optimisme van 1900 zou plaats gemaakt voor diepe ontgoocheling: een wereldbeeld lag in duigen.

Praktische informatie:

programma

13 februari | Onder grijze wolken. Realisme en Haagse School (Jozef Israëls, Johannes Bosboom, Jacob Maris, Willem Maris, Willem Roelofs, Jan Hendrik Weissenbruch, Anton Mauve, August Allebé)

20 februari | Het leven in de stad. De Tachtigers – Amsterdamse impressionisten – Willem Witsen, Georg Hendrik Breitner, Willem de Zwart, Floris Vester, Eduard Karsen, Jacobus van Looy, Suze Robertson, Floris Arntzenius en Isaac Israels. Een wereld in schilderijen, tekeningen, prenten en foto’s

27 februari | Verzeilen in de wereld van dromen. Fin de Siècle – Symbolisme en art nouveau (Jan Toorop, Johan Thorn Prikker, Antoon Derkinderen, Willem van Konijnburg)

5 maart | Parijs. Modernismen uit Frankrijk. Post-impressionisme (pointillisme), fauvisme en kubisme (Jan Toorop, Jan Sluijters, Leo Gestel, Mommie Schwarz, Lodewijk Schelfhout, Herman Gouwe, Else Berg, Jacoba van Heemskerk)

12 maart | Wegen naar abstractie en vergeestelijking – De Stijl (Piet Mondriaan, Theo van Doesburg, Bart van der Lek

19 maart  | Gevoelens centraal – Bergense school en expressionisme (Jan Sluijters, Herman Kruyder, Hendrik Werkman, Dirk Filarski, Wim Schumacher, Arnout Colnot)

Zaterdag 11 april | studiedag in Singer Laren en Museum Kröller-Muller 11.00 – 17.00 uur